Hoe kun je een oud en vervallen pand een zodanige nieuwe bestemming geven dat het behouden blijft voor het straatbeeld. Pakhuizen zijn in het verleden gebouwd om goederen in op te slaan en later weer te verkopen. Een kortlopende opslagplaats voor van alles en nog wat: koffie, thee, kaas. Alles wat per schip van heel ver tot uit de streek werd aangevoerd. Wachten op een bestelling of wachten op een gunstige prijs. De markt is in dat geval bepalend. Matige tot slechte oogst: hogere financiële opbrengst, een goed oogstjaar en veel aanbod dan maar even wachten. Het pakhuis kan het hebben.
Maar wat te doen met al die panden die dan toch uiteindelijk hun functie verliezen door bedrijfsbeëindiging of de bouw van een nieuw, groter en moderner pakhuis op een bedrijventerrein. Veel was niet veilig voor de slopershamer. Met name in de jaren zestig en zeventig is er heel veel weggehaald waarvan achteraf te denken valt: met een beetje meer beleid was er best nog wel wat van te maken, desnoods verplaatsen. Met molens wordt dat vaak genoeg gedaan. Een molen is ook net een bouwpakket. Het karkas van een boerderij met al het gebint eveneens.
Hoe kan het Zuiderzeedorp anders aan de collectie gebouwen komen die er nu staan? Afbreken en opbouwen. Soms steen voor steen, andere panden in moten gezaagd om later weer aan elkaar te zetten en inderdaad gebinten van boerderijen nummeren om dezelfde balken weer op de goede plaats terug te kunnen brengen. Het staat daarna weer als een huis.
Gemeenten die kozen voor een herbestemming zullen vaak met de pet rond hebben moeten gaan om een fors bedrag bij elkaar te krijgen voor een broodnodige restauratie. Maar behoud is wel de redding van het pand zelf, maar ook het straatbeeld.
In het dorp Oosthuizen is dat gedaan: een oud pakhuis in de Raadhuisstraat zodanig aanpassen dat het nu een woonbestemming heeft gekregen. Dat een oud pand met de tijd mee kan gaan laten de zonnecollectoren op het dak zien op de vrij recente afbeelding. Een pakhuis is gemaakt voor opslag, er moet een inventieve architect aan de slag om een goede indeling te maken en de beschikbare ruimte zo efficiënt mogelijk in te delen in leefruimte voor de verschillende functies van wonen en eventueel werken aan huis.
Het pakhuis van Oosthuizen staat er nog steeds.
Dat gemeenten heden ten dage worstelen met de vrijkomende boerderijen is een feit. De eigenschap van boerderijen is dat ze vaak in het buitengebied staan, nadat de stadsboerderijen eveneens in de jaren zestig geleidelijk aan uit het straatbeeld waren verdwenen. Sloop of een vroege vorm van herbestemmen. De boerderijen in het buitengebied vragen om een zorgvuldige inpassing. Er zou echter nauwelijks bezwaar kunnen bestaan om boerderijen die aan een, doorgaande, weg tussen twee dorpen liggen, of in een dorpslint staan, een nieuwe (woon)bestemming te geven. Het inbouwen van appartementen is dan een logische gedachte. Hiermee is niet het ei van Columbus gelegd, het wordt tenslotte al met regelmaat toegepast, maar in het kader van betaalbare oplossingen op de schaarse woningmarkt zou er wat assertiever gehandeld mogen worden.
Oosthuizen als voorbeeld laat zien dat het er niet minder van geworden is.
bijdrage geplaatst: 18 juli 2025
Afbeelding pand in de oude situatie: Collectie ZZM Enkhuizen; fotograaf: Siebe Jan Bouma.
afbeelding in de huidige situatie: auteur.