Verhaal

Een haai in het IJsselmeer

Ons eigen Loch Ness

Fallback Image Profiel Ineke Remijnse

Een jongetje op de dijk naar Warder durft het water niet in...

We liepen over de Kooiweg, door het weiland met een spelende hazenfamilie naar de Zeevangszeedijk. Bovenop zaten twee moeders die er zaten vanwege een kind dat in het IJsselmeer aan het plonzen was met een tennisbal. "Kijk, mamma, kijk!"riep hij telkens, maar mamma had alleen oog voor haar vriendin en keek niet één keer om. Het jongetje gooide de tennisbal weg en zwom er, bij gebrek aan hondje, zelf maar achteraan. Het verbaasde me hoe blij een kind alleen kan zijn.

Om de zoveel meter moesten we via een opstapje over het hek klimmen. Als ik mijn rok optrok ging dat nog prima; het was lang geleden dat ik over hekken klom.Er liepen veel schapen en het was uitkijken dat je niet uitgleed over een verse schapendrol.

Bij een volgende opgang stonden twee jongetjes met hun vader. Ik dacht toeristen uit het zuiden van Italië, zo zagen ze eruit, maar het waren Nederlanders. "Kijk! wees het kleinste ventje Een draak! Een haai !Ik durf niet te zwemmen!" Er stak een paaltje schuin boven het water uit dat met een beetje fantasie een drakensnuit of een haaienvin kon zijn.

Ik dacht aan de bullebak die mij bang had gemaakt toen ik als kind bij een tante in een woonboot logeerde, vlakbij de molen "De Zoeker", die nu op de Zaanse Schans staat. Ik mocht op de wal spelen maar moest ver van het water blijven, want daar huisde de Bullebak. Zoals het jongetje de haai zag, zag ik de bullebak ook werkelijk: het was een conservenblikje waarvan het roestige deksel als een bek boven het water uitstak; klaar om toe te happen.

Ik vond dat het jongetje recht had op zijn griezelverhaal. Misschien zou hij later zijn kinderen hier mee naar toe nemen om ze dicht bij de haai te laten zwemmen. "Blijf maar dicht bij de kant, dan is er geen gevaar", zei ik, maar hij liet zich niet overhalen en bleef bibberend van bangheid op de dijk staan kijken.